22 Sep Kernenergie in West Europa
Al vroeg interesse
Nederland is in 1939 begonnen met het opzetten van zoiets als een kernenergie programma. In dat jaar werd namelijk 10 ton uranium aangekocht voor onderzoek naar de mogelijkheden van deze nieuwe energiebron. Dat resulteerde twee decennia later in de opening van de eerste kerncentrale in 1960 in Petten, Noord Holland. In 1969 en 1973 werden ook in Dodewaard in Gelderland en Borsele in Zeeland kerncentrales gebouwd. De reactor in Petten is actief maar wordt vrijwel exclusief gebruikt voor onderzoek en de productie van isotopen voor diagnostiek en kankerbestrijding. De kerncentrale in Dodewaard is in 1997 op non actief gesteld en zal in 2045 volledig ontmanteld zijn. Van die drie is dus nu alleen Borsele in gebruik ten behoeve van publieke elektriciteitsvoorziening. Dat zal tot 2033 zo blijven, daarna sluit ook Borsele haar deuren.
Uitfaseren kernenergie Duitsland
In Nederland is er dus na 2033 geen sprake meer van elektriciteitsproductie uit kernenergie. Alhoewel we door de aankoop van stroom uit Frankrijk en Duitsland daar waarschijnlijk nog wel gebruik van maken. Dit zijn, door het aantal kerncentrales de grootste spelers op het gebied van kernenergie. Duitsland heeft nog zo’n 8 kerncentrales met 12 actieve reactoren. Frankrijk bezit zelfs 20 installaties met een whopping 58 actieve reactoren. Duitsland besloot in 2011, na de ramp in Fukushima het gebruik van kernenergie uit te faseren. Daar moet rond 2022 de laatste kerncentrale zijn deuren gesloten hebben. Tegen die tijd moet de 16% elektriciteit die de kerncentrales daar aan het totaal leveren op ander wijze worden gegenereerd. Overheid en energie bedrijven spenderen daar tientallen miljarden om passende alternatieven te ontwikkelen.
Frankrijk reduceert fors
Ook in Frankrijk wordt het gebruik van kernenergie teruggeschroefd. Daar wordt nog steeds zo’n 75% van de elektriciteitsproductie door kerncentrales geleverd. De Fransen streven naar een reducering van een derde van de productie. Zo moet in 2025 het aandeel in de elektriciteitsproductie die van kerncentrales komt naar 50% worden terug gebracht. Plannen voor nieuwbouw worden opgeschort en ook daar wordt nadrukkelijk naar andere mogelijkheden gekeken. In West Europese context kan dus gesproken worden over een neergaande trend als het kernenergie betreft. Dat is terug te vinden in het realiseren van een gedeelde Europese wens om minder afhankelijk te zijn van kernenergie. Dat zal nog wel even duren aangezien het opzetten van vervangende energieproductie en het ontmantelen van alle installaties nog wel een decennia of twee a drie zal gaan kosten.
Sorry, the comment form is closed at this time.